Yoga.
Dat
zag ik niet aankomen.
Niet
dat ik nu op een matje “oooooohm” heb zitten zoemen, maar aangezien het
allemaal om balans draait: de kopstand.
Heb
ik even opgezocht. Want wat is hier de bedoeling van? Swami Satchidananda –
breek daar je tong maar eens over- zei:
“Op
je hoofd kunnen staan, betekent veeleer op je voeten léren staan.”
Aha,
voilà.
Er
wordt aangeraden deze oefening in fases, over enkele dagen verspreid, te doen
zodat lichaam en geest kunnen wennen. Nu hebben lichaam en geest toch al de
nodige opdonders te verduren gehad de afgelopen tijd, en zijn ze inmiddels
gewend zich snel aan te passen. Het leverde dus geen problemen op om dit er in
tien minuten doorheen te jassen. Toch was niemand was meer verbaasd dan ik toen
ik daadwerkelijk op mijn hoofd stond. Wow.
Het
schijnt ook wonderbaarlijke effecten te hebben, en ik citeer:
“In
de kopstand is de druk tussen wervels andersom. De wervelkolom zoekt een goed
evenwicht. De aders kunnen zich volledig ontdoen van hun onzuiver aderlijk
bloed (wat is dat?! D.) en krijgen de
tijd om hun elasticiteit te herstellen. Hersenen en aangezicht worden extra
doorbloed. De huid van het gezicht wordt weer strak en fris.”
Zo
zag het er niet uit, maar dat effect komt waarschijnlijk later nog. Elasticiteit
is altijd goed.
Een
ander effect wat zich wel eerder aandiende – waarschijnlijk door de extra
doorbloeding van de hersenen, dat zal het zijn- was dat ik nu eindelijk eens
terug begon te knokken. Toen ik heel moe was.
Heel
lang overheerste het gevoel in mijn armen, en was het enige wat ik dacht :
Zo.Het is wel klaar nu. Genoeg geoefend. Ik heb dorst. Ik wil m’n flesje
drinken.
Niks
ervan. Niks flesje en al helemaal niks klaar. Doorgaan met stoten, hup.
Pas
toen ik tegen de muur geplakt werd en de druk weer te groot voelde worden
hoorde ik ineens een zielig “neeeee” uit m’n keel opborrelen. Was ik dat? Ja,
blijkbaar, want daar waar dat eerst niet lukte, was ik nu in staat een zwieper
te geven en los te komen. Hoe? Ik heb geen flauw idee.
Kennelijk
vielen de stukjes op hun plaats en had ik m’n reservebatterij gevonden. Next thing I knew is Gabriel die met
zijn armen een hoerabeweging maakt.
“Proficiat,
je hebt zojuist 105 kilo
aan de kant gesmeten.”
Vond
ik best een doorbraak.
Fotografie: Michel Vanderhoven
Slideshow:
Waselino
Geen opmerkingen:
Een reactie posten